Ik neem me elke keer voor om over gewone dingen te schrijven—je weet wel, kattenkwaad, buurt-soapjes, dat soort gedoe—maar ik betrap mezelf er steeds op dat ik weer afdwaal naar het politieke circus. Blijkbaar zijn dagelijkse onderwerpen toch minder verleidelijk dan een Haagse klucht vol prutsers en schijnheiligen.
Maar ja, hoe kun je nou schrijven over kattenkwaad en buurt-soapjes als er in Den Haag een live soap wordt opgevoerd die zelfs de slechtste B-film overstijgt? En dan kom je automatisch uit bij Pieter Omtzigt, de weerman van de polarisatie.
Ergens moet ik toch even hardop lachen. Pieter Omtzigt, de zelfbenoemde redder van de politieke integriteit, staat met grote ogen naar de overstroming te kijken. Hij klinkt als een verbaasde weerman: “Goh, wat waait het ineens hard in Nederland, zeg. Windkracht 11, polarisatie overal!” Dat het uitgerekend zijn eigen stuwdam was die open werd gezet, lijkt even langs hem heen te glijden. Want ja, als je de PVV aan de macht helpt, kun je natuurlijk nooit verwachten dat het water in beweging komt. Toch?
Het is een prachtig staaltje politieke schijnheiligheid. Eerst blaas je een lek in de dijk, dan zet je je regenlaarzen aan en doe je alsof je het slachtoffer bent van een natuurramp. Omtzigt, de man van principes, heeft eigenhandig de deur opengezet voor een partij die zijn hele politieke carrière heeft belichaamd waar hij zogenaamd tegen strijdt: polarisatie, onderbuikpolitiek, en de samenleving met een bijl in tweeën hakken. En nu kijkt hij beteuterd toe, alsof hij niet snapt waarom iedereen natte voeten heeft.
Dat verbijstert me. Dit is niet alsof je een kaars aansteekt en verbaasd bent dat er rook is. Dit is alsof je een olievat in de fik zet en je afvraagt waarom de brandweer met sirenes komt aanrijden.
En dan die gespeelde verontwaardiging. Dat “hoe heeft het zover kunnen komen”-toontje, alsof hij zélf niet die sleutelrol speelde. Nee, meneer Omtzigt is de nette buurman die zogenaamd klagend toekijkt hoe de herrieschopper in huis 66 de wijk op z’n kop zet, terwijl hij hem een week geleden nog persoonlijk de sleutels overhandigde. “Ja, maar ik kon toch ook niet weten dat hij muziek zou draaien?”
Pieter, beste Pieter, laten we eerlijk zijn: je hebt het geweten. Je wist wat er zou gebeuren toen je besloot Geert Wilders naar het bordes te helpen. Je wist dat je met dynamiet speelde. Want Wilders is geen onverwachte storm, hij is de orkaan waar Nederland al twintig jaar over spreekt. En je besloot hem niet alleen de wind mee te geven, maar ook nog een katapult.
En laten we het even helder maken: het is prima om strategisch te zijn in de politiek. Maar kom dan niet achteraf de vermoorde onschuld spelen. Je bent geen slachtoffer van de chaos, je bent een van de architecten ervan. Een grote, belangrijke architect, nog wel. Dus wees dan ook eerlijk. Zeg gewoon: “Ja, ik heb deze keuze gemaakt. Ja, ik wist dat het polarisatie zou aanwakkeren. Maar dit is wat ik ervoor over had.” Dan respecteer ik je tenminste nog een beetje.
Maar helaas, Pieter, dat respect is er niet. En dat komt niet alleen door je gespeelde naïviteit, maar vooral door hoe je met je eigen mensen omgaat. Neem je staatssecretaris. De vrouw die haar nek uitstak voor jouw partij en met de moed der wanhoop probeerde overeind te blijven in een politieke jungle. Toen zij aangaf te stoppen, niet omdat ze het werk niet aankon, maar omdat ze geen bescherming voelde in die jungle, was jouw reactie alleszeggend. Geen steun, geen rugdekking, niets. Je hebt haar aan de hiënas gevoerd en weggekeken terwijl ze werd verscheurd. Dit is de partij waar jij de leider van bent? Dit is het “Nieuw Sociaal Contract” waar we allemaal zo veel van moesten verwachten? Een leider die niet eens z’n eigen mensen beschermt?
Het is pijnlijk. Pijnlijk om te zien hoe iemand die zichzelf als baken van integriteit en principes profileert, faalt op het meest fundamentele niveau van leiderschap: zorgen voor je team. Als je eigen mensen je niet kunnen vertrouwen, hoe kun je dan verwachten dat de samenleving dat wel doet? Misschien ben je dan toch niet de leider die Nederland dacht dat je was. Misschien ben je gewoon de man die de stuwdam openzette, om daarna te doen alsof het allemaal niet jouw schuld is. Maar, Pieter, we weten beter. En we zullen niet vergeten.