Welkom bij aflevering zoveel van “Nederland in de Kreukels” – de polderdrama die ons allemaal bezig houdt, waarin we in plaats van een oplossing, elke week een nieuw conflict gepresenteerd krijgen. En nee, ik ben niet meer verbaasd, alleen nog een beetje misselijk. Laten we maar meteen beginnen met het hoogtepunt van deze hedendaagse klucht: onze ‘leiders’. Of ja, wat er nog over is van leiderschap in dit land.
Allereerst: de Israel-Palestina soap. Wie had gedacht dat we nog steeds op dit onderwerp zouden blijven kauwen? We kijken braaf toe hoe Gaza stelselmatig wordt omgeploegd. En als we onze Haagse wijsneuzen mogen geloven, dan is er niet veel aan de hand. Weet je, het is wonderlijk hoe onze overheid altijd haar mond vol heeft over “Nederlandse waarden” en “rechtvaardigheid” en toch het liefst niks doet. De pijnlijke realiteit? De waarheid wordt achter de schermen gehouden – want ja, de kiezers moeten vooral bang blijven. Want als je iets hebt geleerd van deze politieke circusvoorstelling, is het dat angst verkopen nog altijd winstgevender is dan vrede brengen. En wie zijn de hoofdclowns van deze voorstelling? Wilders, Van der Plas, en onze nieuwe nationale teleurstelling Yesilgöz.
Dus laten we het eens over deze drie hebben. Wilders, de grote pionier van de polarisatie-industrie. Geert heeft de afgelopen jaren zoveel haat uitgestort over het land dat hij inmiddels een reputatie heeft als de Sinterklaas van de xenofobie – altijd iets te geven, vooral aan zichzelf. Deze man heeft van bangmakerij een nationale hobby gemaakt. Het is gewoon een dagelijks programma: de tv aanzetten en horen hoe Wilders weer eens een bevolkingsgroep de schuld geeft van zo’n beetje alles dat fout gaat in Nederland, van de files tot het klimaat. Hij roept hardop dat hij voor Nederland opkomt, maar ondertussen graaft hij alleen maar de loopgraven die ons tegen elkaar opzetten. En wat levert het ons op? Juist, niks. Hij krijgt een podium, wij de rekening.
En dan hebben we Caroline van der Plas. De boerendochter die ooit leuk en oprecht overkwam, en inmiddels niet alleen haar boerenverstand lijkt te hebben verloren, maar ook haar realiteitszin. Caroline, die tegenwoordig een IQ tentoonstelt dat ergens tussen kamertemperatuur en diepvriesniveau lijkt te schommelen, is inmiddels fulltime in de anti-moslim mode beland. Want ja, dat verkoopt blijkbaar lekker bij haar fanbase, en echte oplossingen voor het platteland of de stikstofcrisis? Nee joh, veel te ingewikkeld. Waarom echt iets oplossen als je gewoon met een tractor door de Randstad kunt rijden en boos kunt kijken?
Maar de grootste deceptie van het stel is Yesilgöz, die ooit als dochter van immigranten wist hoe het voelde om aan de andere kant te staan. Althans, dat hoopte ik. Maar inmiddels heeft ze zich ontpopt tot Wilders’ hulptroep, een soort plaatsvervangend Gestapo-lid dat er zelfs voor zou zorgen dat Wilders wat rechter in zijn stoel gaat zitten. De ironie druipt ervan af: een vrouw die zelf een migratieachtergrond heeft en nu het hardste schreeuwt om diezelfde groep onder een vergrootglas te leggen. Het lijkt erop dat ze in haar missie om ‘een echte Nederlander’ te zijn, zichzelf zo heeft gebrainwasht dat ze Wilders met een rechte rug ondersteunt. Triest? Het is een understatement. En dat doet nog het meeste pijn: van haar had ik ooit verwacht dat ze zou vechten voor verbinding, voor tolerantie. Maar nee hoor, nu staat ze op een podium met de vlag van de verdeeldheid in haar handen.
En hier sta ik dan, hoofdschuddend vanaf de zijlijn. Hoe ik ooit dacht dat mijn kinderen in een beter Nederland zouden opgroeien? Dat was toch naïef. We leven in een tijd waarin het blijkbaar makkelijker is om bevolkingsgroepen tegen elkaar op te zetten dan een beetje menselijke warmte en begrip te tonen. En het land uit vluchten? Dat heeft weinig zin – daarbuiten is het alleen maar erger.
Dus wat doe ik? Ik kijk toe, zoals velen van ons. Diep treurig, een beetje cynisch en vooral met de vraag: hoe hebben we het zover laten komen?